bestaat er een soort profiel voor gelovigen (welke religie)?

Vraag:

Ik stel jullie twee vragen:

1. Zouden de resulaten (bij stelling weergegeven) die in het onderzoek voor Christelijke religies ook voor Moslims gelden? Ik steek hierbij een aangepaste versie (door Koen Willaert en collega's) van de in mijn onderzoek gebruikte vragenlijst  (i.e. de Post-Kritische Geloofsschaal of tewel de PKG of PCB van Hutsebaut en Duriez).

2.Zijn er suggesties i.v.m. de vragen die de Moslims of de niet Moslims me kunnen geven?

Dit_is_de_laatste_en_definitieve_herwerkte_versie_door_Koen_op_basis_van_discussies_en_suggesties_die_we_gevoerd_hebben.doc � Koen Willaert, 2003.

Stelling:

Uit onderzoek over de relatie tussen religiositeit en persoonlijkheid zijn vaak inconsistente resultaten naar voren gekomen. In tegenstelling tot de voorafgaande onderzoeken, die meestal gebaseerd zijn op eenvoudige en unidimensionele metingen van religiositeit, heb ik met multidimensionele meting van religiositeit van Hutsebaut (1996) gewerkt. Via deze meting werden de deelnemers ingedeeld in ��n van de vier geloofshoudingengroepen (zie mijn andere bijdrage op dit forum racisme en religie) : Orthodoxie (op een letterlijke manier geloven), Externe Kritiek (op een letterlijke manier geloof afwijzen), Relativisme (op een symbolische wijze omgaan met religie maar het toch verwerpen) Tweede Na�viteit (op een persoonlijke wijze met geloof omgaan).

De centrale onderzoeksstelling was om voor elk van de vier geloofshoudingen een specifiek persoonlijkheidsprofiel te schetsen. Individuen uit de Orthodoxiegroep scoren laag op de factoren Openheid tot Ervaring en Aangenaamheid. Naast het feit dat individuen uit de Externe Kritiek-groep net zoals de individuen uit Orthodoxiegroep laag scoren op de factoren Openheid tot Ervaring en Aangenaamheid, scoren zij daarenboven ook laag op Gewetensvolheid in vergelijking met de drie andere groepen. De individuen uit de Relativisme- en Tweede Na�viteitgroep verschillen onderling op geen enkele factor. In vergelijking met de twee andere geloofshoudingen scoren deze twee groepen wel hoger op de factoren Openheid tot Ervaring en Aangenaamheid, waardoor zijn een beter aangepast persoonlijkheidsprofiel lijken te vertonen dan de twee andere groepen.

m.a.w.

Individuen die zich binnen de groep van Orthodoxie bevinden, vertonen weinig openheid naar nieuwe ervaringen in hun leven. Ze hebben weinig behoefte aan het ontdekken van nieuwe dingen. Deze individuen zijn weinig vertrouwd met aspecten uit hun eigen cultuur om op een scherpzinnige wijze hiermee om te springen en zijn bovendien minder aangenaam in de omgang met anderen. Individuen die tot de groep van de Externe Kritiek behoren, zijn net zoals de mensen in de voorgaande groep minder open naar nieuwe ervaringen en hebben weinig behoefte aan het ontdekken van nieuwe dingen in het leven. Zij zijn net zoals de groep van de orthodoxen ook minder aangenaam in de omgang. Bovendien blijken individuen uit de groep van de Externe Kritiek weinig gewetensvol in vergelijking met die uit de drie andere groepen te zijn. Een duidelijk verschil met de groepen Orthodoxie en Externe Kritiek kan in de twee andere groepen, Relativisme en Tweede Na�viteit, gevonden worden op vlak van de factoren Openheid tot Ervaring en Aangenaamheid. Individuen uit de Relativisme- en Tweede Na�viteitgroepen scoren hoger op deze factoren dan de individuen uit de twee andere groepen. Onderling echter kunnen deze laatste twee groepen moeilijk van elkaar onderscheiden worden. Hoewel deze individuen uit de twee voorgaande groepen maar weinig verschillen inzake de mate van omgaan met stressvolle situaties en de wijze waarop iemand op een ontspannen wijze reageert in interpersoonlijke relaties, kunnen we toch een duidelijk verschil waarnemen in de mate waarop zij op een vertrouwensvolle wijze omspringen met nieuwe uitdagingen van het leven. Voorzichtig geformuleerd durven we stellen dat individuen uit deze twee groepen, Relativisme en Tweede Na�viteit, een beter aangepast patroon inzake persoonlijkheidsfactoren vertonen dan de individuen uit de twee andere groepen, Orthodoxie en Externe Kritiek. Ik hoop om in volgend onderzoek andere factoren te kunnen opnemen om zo tot een differentiatie van de groepen Relativisme en Tweede Na�viteit te komen.

Volledige tekst staat in 255_INTRODUCTION1.doc

� Tim Peeters, 2003, Leuven, Belgi�.

beste Tim,kan niet echt fouten ontdekken in je vragen.

wel denk ik dat je met sommige vragen evt.een 'gekleurd'antwoord krijgt.vb:

2 We leven in de Belgische maatschappij zodat we onze eigen typische levensstijl en gedragingen moeten opgeven en de Belgische levensstijl en gedragingen overnemen.

Er wordt altijd van ons verwacht dat we ons gedrag aanpassen om meer op de Belgen te lijken maar ik vind dat we afstand moeten houden en niet op hen lijken etc...

De Marokkaan (in een persoon) zou best zijn gedrag willen aanpassen zodat het meer aansluit op de belgische gewoontes\gedragingen,maar de moslim in de Marokkaan zou dat weer verbieden.Hij kan Marokkaan zijn,zonder geloofsovertuiging,maar ook een moslim van Marokkaanse afkomst...

Nou heb je er zeker goed aan gedaan om onderin de vragenlijst te informeren hoe\of diegene evt. met zijn geloof bezig is...maar toch...

missschien zou je elke vraag dubbel moeten stellen?vb:

20. Ik probeer niet te laten merken dat ik een Marokkaan ben.

20.Ik probeer niet te laten merken dat ik een moslim ben.

Misschien had je daar al rekening mee gehouden...maar zo is het als ik het zie...

groet,zahra