Minister-president Balkenende zei dat bij de afsluiting van het Islam- & Integratiedebat, op 6 april in Rotterdam. De gemeente wilde met dit publieke debat het wederzijdse begrip tussen moslims en niet-moslims vergroten. In totaal vonden er negen debatten plaats, met thema's zoals het wij-en-zij-gevoel, werk, veiligheid en discriminatie. Alle Rotterdammers konden meedoen aan het debat.

Balkenende sprak waardering uit voor het initiatief in Rotterdam, dat volgens hem een voorbeeld is voor veel gemeenten. 'Er zijn kritische woorden gevallen in de afgelopen maanden. Die horen bij een debat. Wie met anderen praat over zijn identiteit, zijn geloof en zijn plek in onze samenleving, stelt zich kwetsbaar op. Dat is moedig. Dat heeft u gedurfd'. 

Hij sloot zich in zijn toespraak aan bij een van de deelnemers aan het debat die zei: 'Als moslims zich steeds moeten verdedigen, komen we nooit aan het oplossen van problemen toe'. 'Want wat is het probleem hier? Niet de islam! Maar het respectloze gedrag van bepaalde individuen en groepen. Zowel van moslims als van niet-moslims', aldus Balkenende. 

De minister-president is voorstander van een harde aanpak van mensen die haat zaaien, bedreigingen uiten en geweld gebruiken tegen personen, scholen of moskee�n. 'Laat dat duidelijk zijn voor de mensen die zich - bijvoorbeeld in hun kleding - bewust en zichtbaar willen identificeren met verwerpelijke denkbeelden. Maar ook voor groepen allochtone jongeren die zich intimiderend gedragen. Wie er op uit is anderen angst in te boezemen, breekt af wat we nu juist samen proberen op te bouwen in Nederland. Dit gif mag zich niet verspreiden.'

De minister-president noemde de acceptatie van nieuwkomers van groot belang. 'Dat is een opdracht voor ons allemaal. In de wijk, op het werk, op straat, op de club. Overal'.  Daarnaast is integratie volgens Balkenende ook 'meer dan een inburgeringcursus. Meer dan een examen. Integratie is: je mengen in het grote geheel zonder je identiteit te verloochenen'