Wij spenderen ons leven terwijl wij de materi�le zaken van deze wereld verzamelen. Onze aanbidding verandert in een serie simpele rituelen omdat wij er in falen te gedenken dat de wereld de voorziening is voor het Hiernamaals. We vergeten dat het echte huis van de Gelovige Al-Firdaws is.



Het enige middel waarmee wij voordeel kunnen behalen uit dit leven, is de gehoorzaamheid aan Allaah en Zijn Boodschapper Sallallahu �alayhi wa Sallam en door Hem met oprechtheid en toewijding te aanbidden.


[Surat Ad-Duha; 4]

Imaam Ahmad rahimahullah heeft overgeleverd dat �Abdullah Ibn Mas�ud radiyAllahu �anhu heeft gezegd:

�De Boodschapper van Allaah Sallallahu �alayhi wa Sallam lag eens op een mat van stro en het liet afdrukken achter op zijn zij. Toen hij vervolgens ontwaakte, begon hij over zijn zij te wrijven dus ik zei: �O Boodschapper van Allaah! Zult u ons toestaan om iets zachts te spreiden over deze mat van stro?� Hij Sallallahu �alayhi wa Sallam antwoordde:

�Ik heb niets van doen met deze wereld. De vergelijking tussen mij en deze wereld is als een ruiter die uitrust in de schaduw van een boom, dan gaat hij voort en laat (hij) het achter.� [1] (Overgeleverd door Imaam At-Tirmidhi en Imaam Ibnu Maajah rahimahumullah en zij hebben deze hadeeth beiden overgeleverd via Al-Mas�udi, rahimahullah. At-Tirmidhi rahimahullah classificeerde het �Hasan Saheeh�. [2])

Sufyaan Ath-Thawri rahimahullah heeft gezegd:

�Werk voor dit leven in overeenstemming met de tijd dat jij daarin zult verblijven en (werk) voor het Hiernamaals in overeenstemming met de tijd dat jij daarin zult verblijven.�

Imaam Ibn Al-Qayyim Al-Jawziyyah rahimahullah heeft gezegd:

�De liefde van de dienaar voor dit leven en zijn acceptatie daarvan houdt proportioneel verband met zijn traagheid en misleiding in het aanbidden van Allaah en het zoeken naar het Hiernamaals.� [3]

Het is overgeleverd van �Ali ibn Abi Taalib radiyAllahu �anhu dat hij heeft gezegd:

�Waarlijk, dit wereldse leven zal eindigen en het Hiernamaals nadert, en elk van hen heeft zijn kinderen. Dus wees de Kinderen van het Hiernamaals en niet de kinderen van deze wereld, want vandaag zijn er (kansen om) daden (te verrichten) en is er geen rekenschap, maar morgen zal er rekenschap zijn en geen daden.�

Shaykhul-Islaam Ibn Taymiyyah rahimahullah heeft gezegd:

�Om (de genietingen van) dit leven te schuwen, is (in feite) om te verlaten wat van geen nut zal zijn voor het Hiernamaals.�

En denk na over dit dierbare advies:

�Dus pas op voor dit land (de Dunya) dat omlaag valt en misleidend en bedrieglijk is, dat (anderen) versiert met haar bedrog en (anderen) misleidt met haar droombeelden en volkeren doodt met hun hoop. Zij kijkt vol verwachting uit naar degenen die haar ten huwelijk vragen. Dus wordt zij als een ongesluierde bruid � alle ogen zijn op haar gericht en de zielen zijn verliefd op haar en de harten worden door haar bevangen.� [4]

Uit liefde voor deze Dunya wordt de Geleerde een slaaf van de Sultan en vermoordt de soldaat (van een Taghut) een Mujahid.

Waarlijk, de liefde voor de Dunya is de oorsprong voor alle misdragingen.




Dus streef ernaar om te behoren tot degenen die hun zielen verruilen voor het Hiernamaals, zoekend naar de Tevredenheid van hun Heer.



Al-Fudayl Ibn �Iyaad rahimahullah heeft gezegd:

�De vrees van de mens voor Allaah is in overeenstemming met zijn kennis over Hem en zijn verwerping van de wereldse genietingen is in overeenstemming met zijn verlangen naar het Hiernamaals.�

�Umayr Ibn Al-Hammaam radiyAllahu �anhu verloochende de wereld op de Dag van Badr, toen hij de Boodschapper van Allaah Sallallahu �alayhi wa Sallam, hoorde zeggen: �Rijs op naar de Tuinen, waarvan de wijdte even groot is als die tussen de Hemelen en de Aarde.�

�Umayr Ibn Al-Hammaam radiyAllahu �anhu zei: �O Boodschapper van Allaah! Is de wijdte van de Tuinen zoals de wijdte van de Hemelen en de Aarde?�

De Boodschapper van Allaah Sallallahu �alayhi wa Sallam antwoordde: �Ja.�

�Umayr Ibn Al-Hammaam radiyAllahu �anhu zei daarop: �Bakhin! Bakhin!�

De Boodschapper van Allaah Sallallahu �alayhi wa Sallam vroeg:�Wat maakt dat jij jouw uitspraak van �Bakhin! Bakhin!� doet?�

Dus �Umayr Ibn Al-Hammaam radiyAllahu �anhu antwoordde: �Bij Allaah! Niets, O Boodschapper van Allaah, Behalve dat ik hoop ��n van haar mensen te kunnen zijn!�

De Boodschapper van Allaah Sallallahu �alayhi wa Sallam zei: �Dan zul jij waarlijk ��n van hen zijn.�

Daarop nam hij radiyAllahu �anhu wat dadels en begon hij ze te eten. Daarna riep hij uit: �Indien ik lang genoeg zou leven om deze dadels te eten, dan zou dat waarlijk een veel te lang leven zijn!�

Dus gooide hij de dadels weg die hij bij zich droeg en vocht hij tegen de vijand tot hij werd gedood. [5]

Hoe prachtig zijn deze woorden van een Mujahid (die in een AK gekerfd waren):




Moge Allaah Subhanahu wa Ta�ala ons doen behoren tot degenen die ernaar verlangen om hun huis te vestigen in het Hiernamaals en moge Hij ons leiden naar het Rechte Pad en ons redden van misleiding en innovatie.

Jullie broeder in de Islaam
__________________________________________________

[1] Imaam Ahmad rahimahullah 1;391

[2] Tufhat Al-Ahwaadhee 7;48 en Imaam Ibnu Maajah rahimahullah 2;1376

[3] Overgeleverd door Imaam Ibn Al-Qayyim rahimahullah in Ad-Da�wah Ad-Dawaa (Fasl 15)

[4] Overgeleverd door Abu Nu�aym in Al-Hilyah

[5] Overgeleverd door Imaam Muslim rahimahullah